vrijdag 24 juli 2020auteur: Omrop Fryslân

Column: "Nuances"

Naar aanleiding van de column van vorige week, heb ik een leuk gesprek gehad met een aardige boer, die hier en daar wat nuances aanbracht in de eenzijdige ideeën en berichtgeving over de boeren tegenwoordig. Bijvoorbeeld over het raaigras dat zorgt voor een eentonig landschap en minder weidevogels, maar is het eerlijk om de boeren hiervan de schuld te geven?

 

Hilda Talsma - Foto: Omroep Fryslân

De toon van Hilda Talsma

Het aantal roofdieren zoals de steenmarter, vos en ooievaar is aanzienlijk toegenomen en onze katten doen er niet voor onder. Maar ook de lichtintensiteit is in onze samenleving toegenomen en welke impact hebben straling van Wifi en satellieten? Zelfs de boeren met “vogeltjes-land” zeggen dat er bijna geen vogels meer zijn.

De opkomst van het raaigras werd in de jaren zestig tijdens de ruilverkavelingen gefaciliteerd met steun van de overheid. De voedingswaarde is hoog, het groeit snel en het is een sterk ras dat niet vaak hoeft te worden her-ingezaaid, mits het goed wordt onderhouden. Het was bedoeld om de voedselvoorziening veilig te stellen en de welvaart naar een hoger plan te tillen.

Er wordt vaak gezegd dat boeren grote hoeveelheden 'subsidies' ontvangen, maar dat zijn belasting-/ betalingsrechten die uit Brussel komen, zodat het voedsel betaalbaar blijft voor de burger. Maar omdat de melkprijs zo laag is, moeten boeren wel efficiënt werken. Als ze minder zouden melken en de grond minder efficiënt gebruiken, dan kunnen ze bijna geen fatsoenlijk stuk brood verdienen.

Biologische landbouw is prachtig, maar de producten zijn duurder, slechts 10% van de bevolking maakt gebruik van het totale aanbod. En als al het raaigras opnieuw moet worden ingezaaid, om de burgers tevreden te houden met bloemen die een paar weken bloeien, dan moet je je wel realiseren dat we er zelf ook een prijs voor betalen.

Als het om duurzaamheid gaat, krijgen boeren ook vaak de wind van voren. Maar ze produceren hun producten overwegend met de vrije elementen, zoals zonlicht, zuurstof en water. De 1,4 miljoen hectare grond van de landbouwsector legt CO2 vast, vangt regenwater op en alle groene gewassen produceren zuurstof. De boeren vinden daarom dat veel 'problemen' het gevolg van een politieke keuze zijn en dat er met verschillende maten wordt gemeten.

Mensen zijn zelf ook grote vervuilers, zoals bijvoorbeeld van het oppervlaktewater. Oestrogeenstoffen en medicijnresten kunnen bij zuivering slecht worden verwijderd. Ooit werd het zuiveringsslib over landbouwgrond uitgereden, maar nu wordt het verbrand omdat het zo vervuild is. In 1950 woonden er 10 miljoen mensen in ons land, nu 17 miljoen, maar we hebben nog steeds net zoveel koeien als in 1950. En terwijl de mensen steeds meer medicijnen krijgen, is het medicijngebruik van de dieren in ons land de laatste jaren sterk afgenomen.

Omdat de bevolking de afgelopen 25 jaar is gegroeid, is er jaarlijks gemiddeld 12.000 hectare land opgeofferd voor de bouw van huizen, wegen, kantoren, enzovoort. Dat betekent van alles meer en groter, maar van boeren wordt bij tijd en wijle verlangt dat ze teruggaan naar een Ot en Sien tijdperk. In een samenleving waar producten van bedrijven als Alibaba niet duurzaam zijn en de welvaart in de loop van de jaren stijgt, is dat eigenlijk best hypocriet te noemen.

Zoveel mensen, zoveel wensen en we vinden nogal wat van elkaar. Persoonlijk vind ik al die nieuwbouwwijken met crematoriumtuinen afschuwelijk, dus geef mij dan het groene raaigras maar. 'Waar het beter kan, moet onze sector het oppakken', zei de boer en gelukkig heeft hij de hoop nog niet opgegeven. Want je wordt geen boer, dat ben je. Maar als ook dit ras uitsterft, dan graven we tegelijkertijd ons eigen graf. "