maandag 21 oktober 2019auteur: DDB

Reactie DDB over Zembla uitzending "Het gouden kalf"

Na de uitzending van Zembla “Het gouden kalf” ziet de DDB zich genoodzaakt een aantal zaken recht te
zetten.


Begin september is de DDB gevraagd mee te werken aan een uitzending over de kalversector en de
import van kalveren. Bekend met de risico’s die aan zo’n uitzending zitten, hebben wij gezien de slechte
prijzen voor goede nuka’s en de wijze waarop extra kostenverhogende eisen worden ingevoerd, toch
besloten mee te werken. DDB is door Netwerk Grondig niet op de hoogte gebracht van de inhoud van de brandbrief die Netwerk Grondig aan het ministerie van LNV heeft gestuurd en heeft deze brandbrief derhalve ook niet medeondertekend, zoals werd gesteld in de uitzending. De uitlatingen daarover door Zembla, kloppen niet.
De afgelopen weken hebben we als agrarische sector, gezamenlijk acties tegen het politieke beleid
gevoerd. De DDB koestert het resultaat van deze acties: de eensgezindheid en hechte samenwerking
tussen alle partijen en sectoren op welk vlak dan ook, zijn goud waard! Dit alles ontslaat de DDB niet van de verplichting op te blijven komen voor de belangen van onze ledenmelkveehouders in het bijzonder. De DDB vecht al jaren voor een fatsoenlijk inkomen voor onze leden en alle melkveehouders van Nederland, waarbij een kostendekkende opbrengst voor geleverde producten, een voorwaarde is. Ook de opbrengst van de nuka’s en de kosten voor opfok en verzorging zijn daar een niet onbelangrijk onderdeel van. Als melkveehouders doen we, feitelijk gedwongen door de opname in de leveringsvoorwaarden van de melkfabrieken, mee aan Kalfoké en het Kalvervolgsysteem (waarvan de extra eisen en regels vaak zijn
opgelegd onder dwang en dreiging tot melkweigering). Onder het mom dat we als melkveehouders onze maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten nemen zijn deze programma’s opgelegd.
De kalverintegraties, zegden in aanloop naar deze extra programma’s (Kalfoké en het alvervolgsysteem)
toe om ook hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen. Echter, de prijs voor Nederlandse
kalveren is nog nooit lager geweest – ondanks het feit dat er 9% minder kalveren in Nederland worden
geboren : noteringen voor vaarskalveren liggen inmiddels tussen de 0 en 25 euro terwijl goede kalveren
ver onder de kostprijs het erf verlaten. Daarnaast is het al een aantal keren voorgekomen dat kalveren
helemaal niet meer werden afgenomen. Ondanks alle toezeggingen over maatschappelijke
verantwoordelijkheid binnen het ketenoverleg en de investeringen van melkveehouders in hun kalveren.
Wat de DDB eigenlijk wil is: “Eigen kalf eerst”. Wij – de melkveehouders - hebben onze maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen en we verwachten dat nu ook van de andere schakels in de keten. De kwaliteit van de Nederlandse kalveren doet niet onder voor die in andere landen. Dat bevestigen kalverhandelaren keer op keer. De DDB is niet van mening dat er een importverbod moet komen; een beperking is echter wel aan de orde nu steeds meer Nederlandse kalveren afgewezen worden om onduidelijke redenen en de kostenverhogende, (boven)wettelijke eisen aan Nederlandse kalveren steeds verder worden opgehoogd, terwijl de kalverintegraties aan de importkalveren andere eisen stellen. Importen die wel degelijk een risico kunnen vormen aangaande de status van melkveebedrijven die vaak tegen hoge kosten BVD en IBR vrij zijn geworden. Als de kalversector de komende jaren onder het mom van “verduurzaming” een krimp van 20 % moet realiseren (gevolg van de sanering in Brabant: 20% minder ruimte om kalveren op te zetten) waarbij de kalverintegraties de importen op gelijke hoogte willen houden, dan zal er voor z’n 500.000 Nederlandse kalveren geen plaats meer zijn!
Als de huidige omvang van de importen gehandhaafd blijven, dan zullen de extra gemaakte kosten voor
opfok en verzorging niet betaald worden en zullen de stijgende kosten door de beperktere omvang van de kalversector, afgewenteld worden op de zwakste schakel; de melkveehouderij en mogelijk ook op de
kalverhouders. Sinds haar oprichting staat de DDB voor een kostendekkende prijs en toekomstperspectief voor haar boeren. Ook de kalvermesters draagt de DDB een warm hart toe. We zijn er van overtuigd dat de kalvermesters net zo goed als ons gebukt gaan onder de dominante rol van enkele grote marktpartijen die vele schakels in de keten beheersen en bezitten: van een eerlijke prijsvorming is na het sluiten van de meeste veemarkten en het samengaan van marktpartijen, allang geen sprake meer. Daarin kunnen wij elkaar ook versterken, aangezien we in principe dezelfde problemen ondervinden bij de afzet. De DDB erkent nogmaals dat meewerken met de media de nodige risico’s met zich mee brengt en vindt het jammer dat Zembla niet zorgvuldiger onze standpunten en inbreng heeft weergegeven waardoor zaken anders zijn voorgesteld dan wij ze hebben ingebracht.
Gezien de impact die de steeds hogere eisen van de kalverintegraties hebben op het inkomen van onze
leden-melkveehouders, zullen we echter steeds weer afwegingen moeten maken.

Op onze site www.ddb.nu vindt u een uitgebreider bericht voor de leden: ledenbericht


Het DDB Bestuur